Besluit nr. S7

Uit NeBelEx Wiki
Ga naar: navigatie, zoeken

Besluit nr. S7[1] van 22 december 2009 betreffende de overgang van de Verordeningen (EEG) nr. 1408/71 en (EEG) nr. 574/72 naar de Verordeningen (EG) nr. 883/2004 en (EG) nr. 987/2009 en de toepassing van de vergoedingsprocedures


Tekst regeling

Besluit nr. S7

van 22 december 2009

betreffende de overgang van de Verordeningen (EEG) nr. 1408/71 en (EEG) nr. 574/72 naar de Verordeningen (EG) nr. 883/2004 en (EG) nr. 987/2009 en de toepassing van de vergoedingsprocedures


(Voor de EER en voor de overeenkomst Europese Gemeenschap/Zwitserland relevante tekst)


2010/C 107/05


DE ADMINISTRATIEVE COMMISSIE VOOR DE COÖRDINATIE VAN DE SOCIALEZEKERHEIDSSTELSELS,

  • Gelet op artikel 72, onder a), van Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels[2], uit hoofde waarvan de Administratieve Commissie verantwoordelijk is voor de behandeling van alle vraagstukken van administratieve of interpretatieve aard die voortvloeien uit de bepalingen van Verordening (EG) nr. 883/2004 en Verordening (EG) nr. 987/2009[3],
  • Gelet op de artikelen 87 tot en met 91 van Verordening (EG) nr. 883/2004,
  • Gelet op artikel 64, lid 7, en de artikelen 93 tot en met 97 van Verordening (EG) nr. 987/2009,


Overwegende hetgeen volgt:

(1) De Verordeningen (EG) nr. 883/2004 en (EG) nr. 987/2009 treden in werking op 1 mei 2010 en de Verordeningen (EEG) nr. 1408/71 en (EEG) nr. 574/72 worden op dezelfde datum ingetrokken, behalve voor situaties die vallen onder artikel 90, lid 1, van Verordening (EG) nr. 883/2004 en artikel 96, lid 1, van Verordening (EG) nr. 987/2009.

(2) Het is nodig dat de bepaling van de debiteur- en de crediteurlidstaat wordt verduidelijkt in situaties waarin verstrekkingen zijn verleend of toegestaan uit hoofde van de Verordeningen (EEG) nr. 1408/71 en (EEG) nr. 574/72, maar de vergoedingen van de kosten voor deze verstrekkingen worden afgewikkeld na de inwerkingtreding van de Verordeningen (EG) nr. 883/2004 en (EG) nr. 987/2009, in het bijzonder wanneer de bevoegdheid voor de kosten ingevolge de nieuwe verordeningen verandert.

(3) Het is nodig dat wordt verduidelijkt welke procedure voor de vergoeding moet worden toegepast in situaties waarin verstrekkingen werden verleend uit hoofde van de Verordeningen (EEG) nr. 1408/71 en (EEG) nr. 574/72, maar de vergoedingsprocedure plaatsvindt na de datum van inwerkingtreding van de Verordeningen (EG) nr. 883/2004 en (EG) nr. 987/2009.

(4) Punt 5 van Besluit nr. H1 verduidelijkt de status van certificaten (E-formulieren) en van de Europese ziekteverzekeringskaart (en de voorlopige verzekeringsbewijzen) die zijn afgegeven vóór de datum van inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 883/2004 en Verordening (EG) nr. 987/2009.

(5) De bepalingen van punt 4 van Besluit nr. S1 en punt 2 van Besluit nr. S4 stellen de algemene beginselen vast voor/betreffende de verantwoordelijkheid voor de kosten van verstrekkingen verleend op grond van een geldige Europese ziekteverzekeringskaart, die ook in overgangssituaties moeten gelden.

(6) Krachtens de artikelen 62 en 63 van Verordening (EG) nr. 987/2009 vergoeden de lidstaten die niet zijn opgenomen in bijlage 3 bij Verordening (EG) nr. 987/2009 met ingang van 1 mei 2010 de verstrekkingen die zijn verleend aan gezinsleden die niet in dezelfde lidstaat als de verzekerde wonen en aan gepensioneerden en hun gezinsleden op grond van de werkelijke uitgaven.

(7) De kosten van verstrekkingen verleend uit hoofde van artikel 19, lid 1, artikel 20, lid 1, en artikel 27, leden 1 en 3, van Verordening (EG) nr. 883/2004, worden gedragen door het bevoegde orgaan dat verantwoordelijk is voor de kosten van verstrekkingen verleend aan gezinsleden die niet in dezelfde lidstaat als de verzekerde wonen en aan gepensioneerden en hun gezinsleden in de lidstaat waar zij wonen.

(8) Ingevolge artikel 64, lid 7, van Verordening (EG) nr. 987/2009 mogen de in bijlage 3 opgenomen lidstaten na 1 mei 2010 de artikelen 94 en 95 van Verordening (EEG) nr. 574/72 gedurende een periode van vijf jaar blijven toepassen voor de berekening van de vaste bedragen.

(9) Bij Verordening (EG) nr. 987/2009 zijn nieuwe procedures ingevoerd voor de vergoeding van de gezondheidszorgkosten om de betalingen tussen de lidstaten te versnellen en te vermijden dat een hele reeks vorderingen wordt ingediend die gedurende langere tijd onafgehandeld blijven.

(10) Er bestaat behoefte aan transparantie en richtsnoeren voor de organen in de hierboven bedoelde situaties om te zorgen voor de uniforme en coherente toepassing van de communautaire bepalingen.


Handelend overeenkomstig artikel 71, lid 2, van Verordening (EG) nr. 883/2004,


BESLUIT:

I. Overgangsregelingen voor de bepaling van de lidstaat die verantwoordelijk is voor het dragen van de kosten van een geplande behandeling en de nodige zorg in verband met de verandering van de bevoegdheid krachtens Verordening (EG) nr. 883/2004

1. Als vóór 1 mei 2010 aan een persoon een behandeling is verstrekt, wordt de bevoegdheid voor het dragen de kosten van die persoon bepaald overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 1408/71.

2. Als een persoon krachtens de Verordeningen (EEG) nr. 1408/71 en (EEG) nr. 574/72 toestemming heeft gekregen om naar het grondgebied van een andere lidstaat te gaan om daar de voor zijn/haar conditie passende behandeling (geplande behandeling) te krijgen en de behandeling geheel of gedeeltelijk is verstrekt na 30 april 2010, worden de kosten van de gehele behandeling gedragen door het orgaan dat de toestemming heeft verleend.

3. Als begonnen is met de verstrekking van een behandeling aan een persoon uit hoofde van artikel 22, lid 3, onder a), of artikel 31, lid 1, onder a), van Verordening (EEG) nr. 1408/71 worden de kosten van die behandeling gedragen overeenkomstig de bepalingen van deze artikelen, ook als de bevoegdheid voor het dragen van de kosten van de persoon is veranderd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 883/2004. Als de behandeling na 31 mei 2010 wordt voortgezet, worden de na die datum gemaakte kosten echter gedragen door het bevoegde orgaan krachtens Verordening (EG) nr. 883/2004.

4. Als na 30 april 2010 op grond van een vóór 1 mei 2010 afgegeven geldige Europese ziekteverzekeringskaart uit hoofde van artikel 19, lid 1, of artikel 27, lid 1, van Verordening (EG) 883/2004 een behandeling is verstrekt, kan de vordering tot vergoeding van de kosten van die behandeling niet worden afgewezen op grond van het feit dat de bevoegdheid voor de gezondheidszorgkosten is veranderd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 883/2004.

Een orgaan dat verplicht is de kosten van de op grond van een Europese ziekteverzekeringskaart verleende verstrekkingen te betalen, kan verzoeken dat het orgaan waarbij de persoon correct ingeschreven was ten tijde van de toekenning van de verstrekkingen, de kosten van deze verstrekkingen terugbetaalt aan het eerstgenoemde orgaan, of kan, indien de persoon niet gerechtigd was gebruik te maken van de Europese ziekteverzekeringskaart, de zaak met de betrokken persoon afhandelen.


II. Overgangsregelingen voor de berekening van de gemiddelde kosten

1. Voor de methode van berekening van de gemiddelde kosten voor de jaren tot en met 2009 gelden de bepalingen van de artikelen 94 en 95 van Verordening (EEG) nr. 574/72, ook als de gemiddelde kosten na 30 april 2010 aan de Rekencommissie worden voorgelegd.

2. De niet in bijlage 3 bij Verordening (EG) nr. 987/2009 opgenomen lidstaten kunnen voor de periode van 1 januari 2010 tot en met 30 april 2010 hetzij nieuwe gemiddelde kosten berekenen uit hoofde van de artikelen 94 en 95 van Verordening (EEG) nr. 574/72, hetzij gebruikmaken van de voor 2009 aangegeven gemiddelde kosten.


III. Procedure voor de vergoeding op grond van de werkelijke uitgaven

1. Voor vorderingen op grond van de werkelijke uitgaven die vóór 1 mei 2010 in de boekhouding van de crediteurlidstaat zijn opgenomen, gelden de financiële bepalingen van Verodening (EEG) nr. 574/72.

Deze vorderingen worden uiterlijk 31 december 2011 bij het verbindingsorgaan van de debiteurlidstaat ingediend.

2. Voor alle vorderingen op grond van de werkelijke uitgaven die na 30 april 2010 in de boekhouding van de crediteurlidstaat zijn opgenomen, gelden de nieuwe procedurevoorschriften overeenkomstig de artikelen 66, 67 en 68 van Verordening (EG) nr. 987/2009.


IV. Procedure voor de vergoeding op grond van vaste bedragen

1. De gemiddelde kosten voor de jaren tot en met 2009 worden uiterlijk 31 december 2011 aan de Rekencommissie voorgelegd. De gemiddelde kosten voor 2010 worden uiterlijk 31 december 2012 aan de Rekencommissie voorgelegd.

2. Alle vorderingen op grond van vaste bedragen, die vóór 1 mei 2010 in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn bekendgemaakt, worden uiterlijk op 1 mei 2011 ingediend.

3. Voor alle vorderingen op grond van vaste bedragen, die na 30 april 2010 zijn bekendgemaakt, gelden de nieuwe procedurevoorschriften overeenkomstig de artikelen 66, 67 en 68 van Verordening (EG) nr. 987/2009.


V. Slotbepalingen

1. Bij de toepassing van de overgangsregelingen zijn de leidende beginselen goede samenwerking tussen de organen, pragmatisme en flexibiliteit.

2. Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie. Het is van toepassing met ingang van de datum van inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 987/2009.


De voorzitter van de Administratieve Commissie

Lena Malmberg


Aantekeningen

Voetnoten

  1. Besluit S7 op Eur-Lex
  2. PB L 166 van 30.4.2004, blz. 1.
  3. PB L 284 van 30.10.2009, blz. 1.