Circulaire nr. Ci.RH.241/611.812 (AAFisc Nr. 34/2011) dd 28.06.2011

Uit NeBelEx Wiki
Ga naar: navigatie, zoeken

Circulaire nr. Ci.RH.241/611.812 (AAFisc Nr. 34/2011) dd 28.06.2011[1]

Tekst regeling

Trefwoorden

  • Personenbelasting
  • Vergoeding
  • Forfaitaire vergoeding
  • Vergoeding voor buitenlandse reis
  • Terugbetaling van eigen kosten van de werkgever
  • Vrijgestelde vergoeding


Forfaitaire vergoedingen voor dienstreizen in het buitenland van toepassing vanaf 1.4.2011.

Aan alle ambtenaren.

1. De forfaitaire vergoedingen die worden toegekend voor dienstreizen in het buitenland kunnen als een niet-belastbare terugbetaling van eigen kosten van de werkgever worden aangemerkt voor zover zij niet meer bedragen dan de "dagelijkse forfaitaire verblijfs-vergoedingen" vastgesteld per land voor ambtenaren die behoren tot de "carrière Hoofdbestuur" van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (zie ter zake de circulaire nr. Ci.RH.241/534.514 van 11.5.2006).

2. Met het Ministerieel besluit van 28.4.2011 (BS 9.5.2011, blz. 26896) houdende vaststelling van verblijfsvergoedingen toegekend aan afgevaardigden en ambtenaren afhangend van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking die zich in officiële opdracht naar het buitenland begeven of zetelen in internationale commissies, worden er vanaf 1 april 2011 nieuwe dagelijkse forfaitaire verblijfsvergoedingen vastgesteld.

3. De vergoedingen die worden toegekend aan ambtenaren van de "carrière Hoofdbestuur" en die als basis worden genomen voor de aan deze circulaire toegevoegde tabel zijn opgenomen in de tabel "Categorie 1" bij het voornoemde Ministerieel besluit.

4. Als bijlage wordt de lijst toegevoegd van de dagelijkse forfaitaire vergoedingen vastgesteld per land en van toepassing vanaf 1 april 2011.

5. Er wordt in herinnering gebracht dat het toepassingsgebied van de circulaire nr. Ci.RH.241/534.514 van 11.5.2006 beperkt is tot werknemers en bedrijfsleiders die hun beroepswerkzaamheden in vergelijkbare omstandigheden uitoefenen als de ambtenaren van de "carrière Hoofdbestuur" van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Het moet bijgevolg gaan om werknemers en bedrijfsleiders die hoofdzakelijk een sedentaire beroepswerkzaamheid uitoefenen en in het kader daarvan éénmalig, occasioneel of zelfs regelmatig dienstreizen naar het buitenland maken. Vallen bijgevolg niet onder het toepassingsgebied van de voornoemde circulaire, de belastingplichtigen (werknemers/bedrijfsleiders) voor wie verplaatsingen van en naar het buitenland deel uitmaken van hun normale, dagelijkse beroepsactiviteit. In die omstandigheden worden de verplaatsingen van en naar het buitenland niet als een dienstreis aangemerkt in de zin van de circulaire van 11.5.2006 (cfr. nr. 6 van de circulaire nr. Ci.RH.241/598.417 van 15.4.2011).

6. Er wordt eveneens herhaald dat onder het begrip "dienstreis" in de zin van deze circulaire wordt verstaan een opdracht van korte duur in het buitenland in effectieve dienst of opdracht van de werkgever of vennootschap waarin men werknemer of bedrijfsleider is, met een maximum van 30 kalenderdagen (cfr. nr. 15 en 16 van de circulaire nr. Ci.RH.241/534.514 van 11.5.2006).

Voor de Administrateur-generaal van de fiscaliteit dd.:

De Directeur a.i.,
P. GYSEN


Bijlagen

Zie Fisconet


Aantekeningen

Zie ook


Voetnoten