Sjabloon:0/15

Uit NeBelEx Wiki
Ga naar: navigatie, zoeken

Een internationale overeenkomst is niet voor eenzijdige uitlegging van overheidswege vatbaar; daar een dergelijke overeenkomst uiteraard uit de gemeenschappelijke wil van de verdragsluitende Partijen is ontstaan, zou een van deze Partijen de andere Partij niet eenzijdig kunnen verbinden door de overeenkomst bij wege van wet uit te leggen. De goedkeuringswet, welke geen rechtsnorm bevat, zou niet tot gevolg kunnen hebben de uitlegging van de overeenkomst mogelijk te maken.

Aangezien een dubbelbelastingverdrag bilaterale bepalingen bevat en op het wederkerigheidsbeginsel stoelt, moet het in de twee verdragsstaten in beginsel gelijkelijk geïnterpreteerd worden. Te dien einde voorzien de verdragen in een regeling voor onderling overleg tussen de bevoegde autoriteiten van de betrokken staten. De tijdens dit overleg overeengekomen oplossing bindt de twee staten; zulks doet echter geen afbreuk aan de bevoegdheid van de hoven en rechtbanken in geval van geschil met de betrokken belastingplichtige.